‘Digestaat past prima in Groningse graanteelt'
In 2006 bouwde Van Oosten al de eerste vergister. Daarmee kon de ondernemer 5,3 megawatt aan stroom leverden. Toen de stroomprijs in de crisis van 2009 naar twee cent zakte zette hij de productie op een laag pitje gezet. In 2017, toen de subsidieperiode voor duurzame energieproductie was afgelopen, bouwde Van Oosten de vergister om naar een covergister met een opwerkinstallatie voor groen gas. Daarnaast is hij nu ook eigenaar van twee monovergisters.
In de monovergisters verwerkt Van Oosten kippenmest in combinatie met vloeibare varkens- of rundveedrijfmest. Het mengsel heeft 15% droge stof wanneer het de vergister in gaat. De temperatuur ligt rond de 38°C. Er wordt wat zuurstof en ijzerwater toegevoegd om het biogas te ontzwavelen. Het gas gaat vervolgens door een koolfilter waar het wordt gezuiverd. Dan gaat het door een soort grote compressor, die het gas door membranen perst. Die scheiden de CO2 van het methaan, waarna het groene gas op het net geleverd wordt. Met de mestmix kan Van Oosten 50 tot 60 kuub groen gas uit een ton mest leveren.
Het digestaat komt in een grote tank en blijft hier op 52°C. Daarna wordt het gevalideerd en door een soort centrifuge gescheiden in een dikke en dunne fractie. De dikke fractie bevat het meeste fosfaat en organische stof en wordt geëxporteerd. De dunne fractie wordt regionaal afgezet.