LTO Verzekeringen: 'Keuring mestbassins blijft belangrijk'

Sinds de invoering van de Omgevingswet op 1 januari 2024 is de  keuringsplicht voor mestbassins officieel vervallen. Hoewel dit voor veel agrarische ondernemers wellicht als een lastenverlichting voelt, is het belangrijk om stil te staan bij de gevolgen hiervan voor de bedrijfsvoering en de verzekering, aldus LTO Verzekeringen.

Voorheen moesten bovengrondse mestbassins periodiek gekeurd worden volgens de BRL 2342-richtlijn. Dat is niet meer verplicht. De overheid stelt echter nog steeds eisen: het bassin moet lekdicht zijn en voorzien zijn van gecertificeerde folie indien van toepassing. Daarnaast blijft de algemene zorgplicht van kracht: voorkomen van verontreiniging van bodem en water.


Hoewel de keuring wettelijk niet meer verplicht is, gebruiken veel verzekeraars een geldige keuring nog steeds als maatstaf bij het beoordelen van schadeclaims. Wanneer er geen recente keuring heeft plaatsgevonden of bewijs van lekdichtheid beschikbaar is, dan kan dat gevolgen hebben voor de dekking. In geval van lekkage of verontreiniging, kan een verzekeraar besluiten om schade niet of slechts gedeeltelijk te vergoeden.


Ondergrondse mestkelders, vaak gelegen onder stallen of erfverhardingen, vallen buiten de keuringsplicht én hebben geen kwaliteitsverklaring nodig. Bovengrondse bassins mogen sinds 2024 afwijken van BRL 2342 en hebben geen kwaliteitsverklaring meer nodig, maar folie moet wel gecertificeerd zijn (BRL-K519, K537, K538, K546 of 1149).

Bron: LTO Verzekeringen, 20/05/2025
Publicatie: 20-05-2025