'Stoppersregelingen zorgen voor daling van de mestproductie'

De landelijke beëindigingsregelingen veehouderijlocaties Lbv en Lbv-plus dragen bij aan het doel om onder het mestproductieplafond te komen. De productierechten van deelnemende bedrijven worden permanent doorgehaald waardoor de daling van de mestproductie geborgd is. Dat schrijft minister Wiersma van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur aan de Eerste Kamer. Hoe groot die daling naar schatting is vermeldt zij niet in haar brief.

De minister wijst ook op het feit dat bij een eventuele overname van een bestaande veehouderijlocatie buiten familieverband, productierechten worden afgeroomd. Deelnemers aan de stoppersregeling die een nieuw bedrijf zouden willen starten in een andere veehouderijtak hebben daarvoor onder de huidige omstandigheden ook nauwelijks mogelijkheden door een gebrek aan stikstofruimte voor vergunningverlening.


Op de inhoud van toekomstige beëindigingsregelingen kan Wiersma niet vooruit lopen, maar ze merkt wel op dat de Europese staatssteunrichtsnoeren voor sluiting van productiecapaciteit op dit punt helder zijn. Één van de eisen is dat een ondernemer die met subsidie zijn productiecapaciteit heeft gesloten niet elders dezelfde activiteit mag starten. De nieuwe beëindigingsregeling die ze voorbereidt zal daardoor als neveneffect naar verwachting ook leiden tot een lagere mestproductie.

Bron: Ministerie van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur, 22/04/2025
Publicatie: 23-04-2025