Doelsturen helpt melkveehouder bij realiseren doelen en beperken mestafzet

Binnen het project Koeien & Kansen heeft deelnemer Coen Hagoort uit Waarder dit jaar ervaren hoe doelgericht sturen in het melkveebedrijf kan bijdragen aan het realiseren van bedrijfsdoelen, ondanks de strenge regelgeving. De ruimte om stikstof uit eigen mest aan te wenden werd dit jaar 28% kleiner. De nieuwe situatie dwingt hem dit jaar om 3500 kilogram stikstof uit dierlijke mest af te zetten, terwijl hij de afgelopen jaren geen mestafzet kende. 

Omdat de BES-pilot niet werd verlengd, werd de hoeveelheid stikstof uit dierlijke mest die Hagoort mocht aanwenden teruggebracht van 290 kilo naar 230 kilogram per hectare. Daarnaast zijn in zijn regio nutriënt verontreinigde gebieden aangewezen, wat de gebruiksruimte verder terugbracht naar 210 kilogram stikstof per hectare.


Een belangrijk deel van de oplossing lag voor de melkveehouder in het verder verlagen van het melkureumgehalte en het ruw eiwit in het rantsoen. Waar het gemiddelde ureumgetal in de melk eerder rond 21 lag, is dit inmiddels gedaald naar 18 en blijft het voor 2024 stabiel. Het ruw eiwitgehalte in het rantsoen wist Hagoort terug te brengen naar gemiddeld 152 gram per kilogram droge stof.


Samen met zijn adviseur heeft hij verschillende opties verkend, zoals de verdeling van dierlijke mest over het seizoen in relatie tot de gewenste kwaliteit van de graskuil. Hoewel de mestafzet voor de zomer gepland stond, leidden onverwacht lage gehalten tot een stijging van het af te voeren volume met ruim 150 ton.


De inspanningen van Hagoort pakten positief uit. De stikstofbenutting door de dieren is gestegen naar 27,9%. Dit betekent dat de specifieke berekening uiteindelijk 3% beter scoort in stikstof en ruim 13% beter in fosfaat ten opzichte van de forfaitaire berekening. Dit scheelt in kilo’s stikstof die niet geproduceerd worden en daardoor niet afgevoerd hoeven te worden. Dat gaat om circa 150 ton mest.

Bron: Verantwoorde Veehouderij, 14/11/2024
Publicatie: 14-11-2024