Rapportage Nederlands Mestbeleid 2023

Minister Wiersma van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur heeft de rapportage Nederlands Mestbeleid 2023 naar de Tweede Kamer gezonden. In de rapportage zijn de definitieve cijfers opgenomen van de fosfaat- en stikstofexcretie in dierlijke mest in 2023 door de Nederlandse veehouderij, zoals samengesteld door het Centraal Bureau voor de Statistiek. Uit de cijfers blijkt dat de totale mestproductie in Nederland, uitgedrukt in kilogrammen mest, in 2023 iets is toegenomen ten opzichte van 2022 ondanks dat het gehalte stikstof en fosfaat is afgenomen.

De stikstofproductie is gedaald naar 463,5 miljoen kilo en ligt daarmee zowel onder het in 2023 geldende plafond van 504,4 miljoen kilo stikstof als onder het plafond van 489,4 miljoen kilo van de derogatiebeschikking. Daarnaast is sprake van een afname van de productie van fosfaat in dierlijke mest naar 147,5 miljoen kilo, dat daarmee ook onder het nationale plafond in 2023 van 172,9 miljoen kilogram ligt en onder het niveau van 150,7 miljoen kilo fosfaat in de derogatiebeschikking.


De productie van stikstof door melkvee is iets toegenomen naar 273,8 miljoen kilo. De fosfaatproductie van melkvee is in 2023 afgenomen naar 75,6 miljoen kilo. In 2023 is de stikstof- en fosfaatproductie van varkens verder gedaald naar respectievelijk 81,7 miljoen kilo en 32,8 miljoen kilogram. De stikstofproductie van pluimvee is in 2023 ten opzichte van 2022 gedaald naar 52,6 miljoen kilo. De fosfaatproductie van pluimvee nam in 2023 licht toe naar 23,0 miljoen kilogram.


In 2023 nam het aantal aanmeldingen voor een derogatievergunning af met 2,1% ten opzichte van 2022. Het percentage grasland op bedrijven met een derogatievergunning was gelijk aan voorgaande jaren met 88%.


Meer informatie is te vinden in de Rapportage Nederlands Mestbeleid 2023.

Bron: Ministerie van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur, 03/07/2024
Publicatie: 03-07-2024