Nitroman veldproef met het bemesten van consumptieaardappelen

Afgelopen seizoen is er voor het tweede jaar op rij een Nitroman veldproef aangelegd op proefboerderij Rusthoeve in het Zeeuwse Colijnsplaat. Bij de teelt van consumptieaardappelen werd er bemest met ammoniumnitraat, ammoniumsulfaat of mineralenconcentraat. Een object bemest met KAS 27% werd gebruikt  als vergelijkende standaard. 

De stikstofbemesting werd in twee giften gegeven. De eerste gift van 190 kilo stikstof per hectare werd toegediend tussen het poten en het frezen. De tweede gift van 50 kilo stikstof per hectare volgde later in het seizoen. De aardappelen die geoogst werden, liggen nog in bewaring en zullen in de komende winter gesorteerd worden. Hierdoor zijn er nog geen opbrengstgegevens beschikbaar.


Wel is op een dronefoto, die tijdens het seizoen gemaakt is, te zien dat het object met mineralenconcentraat half september qua gewasstand een stuk lichter stond dan de rest. Het is niet helemaal bekend waardoor dit komt. Het zou verband kunnen houden met het lage stikstofgehalte in het concentraat. Het moet nog bekeken worden of die lichtere gewasstand ook weerspiegeld wordt in een lagere opbrengst.


In 2020 lag er, afgezien van conventionele meststoffen, enkel mineralenconcentraat in de proef. Toen werd het mineralenconcentraat met een slangenpomp toegediend. Het principe werkte goed, maar omdat het product maar een stikstofgehalte van 1% had, moest er wel 8 keer over een veldje gereden worden om de juiste hoeveelheden toe te dienen. Daarom werd er in 2021 geprobeerd om de producten met de veldspuit toe te passen.


Bij het ammoniumnitraat ging dat goed, het ammoniumsulfaat en mineralenconcentraat werden bij nader inzien handmatig met een gieter toegediend omdat deze producten te troebel waren om te spuiten. Zowel in 2020 als 2021 werd de tweede gift handmatig met een gieter tussen de planten op de rug toegediend om verbranding van het blad te voorkomen. 


Voor het toepassen van de producten is een slangenpomp een zeer goede optie, zolang de toe te passen hoeveelheden voldoende laag zijn zodat het toedienen in één werkgang kan. De tweede gift toedienen bij aardappelen is wat moeilijker, omdat die gegeven wordt op het moment dat aardappelen al boven de grond staan. Daarbij kunnen ammoniumnitraat en ammoniumsulfaat eventueel verbranding veroorzaken. Bovendien moeten de meststoffen ondergewerkt worden om emissies te beperken. 

Bron: Vlaams Coördinatiecentrum Mestverwerking, 20/12/2021
Publicatie: 20-12-2021